Bronsgieten volgens de 'verloren was methode'
Om van een beeld een wasmodel te kunnen maken (de indirecte methode) wordt gebruik gemaakt van siliconenrubber mallen. In deze mallen wordt was gegoten (hol of massief) zodat er van een beeld van steen, klei of ander materiaal een wasmodel kan worden gemaakt.
Wanneer de kunstenaar het beeld al in was aanlevert, hoeft er niet altijd een siliconenmal gemaakt te worden. In dat geval spreken we van de directe methode.
|
|
|
Het origineel : Schaapjes van Keramiek |
De siliconenmal |
het (holle) wasmodel uit de mal |
Het (holle) wasmodel wordt voorzien van een aangiettap, aangietkanalen en ontluchtingen alvorens ingevormd te kunnen worden in een tweede (vuurvaste) mal. Deze mal gaat 3 dagen op ± 650 ° C de uitstookoven in. In de contravorm die zo ontstaat kan het brons worden gegoten.
|
|
|
het wasmodel met aangiettap, aangietkanaal en ontluchtingen |
De vuurvaste mal |
na te zijn uitgehakt en schoongespoten is dit het resultaat |
Als het brons gegoten is, worden de vuurvaste vormen stukgehakt, het brons wordt schoongespoten met een hogedrukspuit en dan begint het afwerken van de ruwe bronzen beelden (het ciceleren). De aangiettap, de aangietkanalen en de ontluchtingen worden eraf gezaagd, oneffenheden weggewerkt, gaten dichtgelast en de giethuid wordt geborsteld. Eventueel kan een beeld of een gedeelte van een beeld gepolijst worden. De laatste fase is het aanbrengen van de patine (kleur). Dit gaat met behulp van zuren (o.a. ijzerchloride, kopernitraat, zwavellever, salpeterzuur), pigmenten en een gasbrander.
Dit patineren kan ook met behulp van zogenaamde ‘koud patina’ gebeuren.
|
|
|
geciceleerd |
gepatineerd |
het proces van begin tot eind |
|